Skip to content

Brandwerende klassen en testmethoden | Kluizen & brandkasten

Het risico van brand vormt, naast inbraak, een van de grootste bedreigingen voor het veilig bewaren van waardevolle goederen. Om een betrouwbaar en vergelijkbaar beschermingsniveau te garanderen, worden brandwerende kluizen en brandkasten getest volgens internationaal erkende normen.
Twee categorieën: papier en digitale media

Brandwerende klassen en testmethoden

Twee categorieën: papier en digitale media

Bij brandwerende testen wordt een onderscheid gemaakt tussen:

  • Papier: spontaan ontbrand vanaf ca. 177 °C.
  • Digitale media (zoals harde schijven, tapes, USB-sticks): raken al beschadigd vanaf ca. 55 °C.

Een brandwerende kluis moet ervoor zorgen dat de binnentemperatuur, zowel tijdens de brand als tijdens de natuurlijke afkoelperiode erna, onder deze kritische grenswaarden blijft.

Lichtere normen: NT Fire 017 en EN 15659 (LFS)

De normen NT Fire 017 en EN 15659 (LFS – Light Fire Storage) zijn veel toegepast en bieden een zekere mate van bescherming, maar hebben beperkingen.

NT Fire 017

Ontwikkeld in Scandinavië, en wereldwijd een van de meest gebruikte brandnormen. De test gebeurt in een oven bij ca. 927 °C gedurende 60, 90 of 120 minuten. Er bestaan certificeringen voor papier en digitale media:

  • NT Fire 017 Paper: max. binnentemperatuur 150 °C, bescherming van papier (60, 90 of 120 min).
  • NT Fire 017 Data: max. binnentemperatuur 50 °C, bescherming van digitale media (60, 90 of 120 min).
  • NT Fire 017 Diskette: max. binnentemperatuur 30 °C, bescherming van zeer gevoelige magneetmedia (60, 90 of 120 min).

EN 15659 (LFS – Light Fire Storage)

Een Europese norm ontwikkeld door ECB·S als lichtere classificatie naast EN 1047-1. De test gebeurt bij ca. 850 °C gedurende 30 of 60 minuten, uitsluitend voor papier:

  • LFS 30P: max. binnentemperatuur 150 °C, bescherming van papier gedurende 30 minuten.
  • LFS 60P: max. binnentemperatuur 150 °C, bescherming van papier gedurende 60 minuten.

Beperkingen van lichte normen

Bij NT Fire 017 en EN 15659 wordt de kluis na de testtijd direct uit de oven gehaald en kunstmatig afgekoeld. Er is dus geen natuurlijke afkoelperiode in de test opgenomen. In een echte brand blijft een kluis echter nog urenlang nagloeien, waardoor de binnentemperatuur kan blijven stijgen en de inhoud alsnog beschadigd kan raken.

Strengere normen: EN 1047-1 en UL 72

De normen EN 1047-1 en UL 72 zijn de strengste en meest betrouwbare brandwerende testen, omdat zij niet alleen de brand zelf simuleren, maar ook de gevolgen erna, inclusief de natuurlijke afkoeling.

EN 1047-1

Ontwikkeld in Duitsland en beschouwd als de strengste Europese norm. De test omvat:

  1. Brandproef: 60 of 120 minuten bij ca. 1090 °C.
  2. Impact- en vuurtest: de kluis wordt eerst 30 minuten bij 850 °C verhit, daarna van 9,15 m hoogte op puin laten vallen, en vervolgens opnieuw 30 minuten bij 1000 °C verhit, waarna zij op natuurlijke wijze afkoelt.

Classificaties:

  • S60P / S120P: bescherming van papier, binnentemperatuur max. 150 °C (177 °C grens).
  • S60D / S120D: bescherming van digitale media, max. 50 °C.
  • S60DIS / S120DIS: bescherming van zeer gevoelige datamedia, max. 30 °C.

UL 72

Een Amerikaanse norm, inhoudelijk vergelijkbaar met EN 1047-1. Tijdens de test wordt de kluis gedurende 30, 60, 120 of 240 minuten blootgesteld aan ca. 1000 °C.

  • Class 350: bescherming van papier (max. 177 °C).
  • Class 150: bescherming van microfilm.
  • Class 125: bescherming van digitale media (max. 55 °C).

Een valtest kan onderdeel zijn van de procedure, maar is bij UL 72 optioneel. Net als bij EN 1047-1 wordt wel een natuurlijke afkoelperiode toegepast.

Belang van natuurlijke afkoeling

Tijdens een echte brand koelt een kluis pas uren later af en stijgt de binnentemperatuur vaak nog geruime tijd na het blussen. Alleen de normen EN 1047-1 en UL 72 testen expliciet deze afkoelfase. Daarom bieden zij de hoogste graad van bescherming, niet alleen tijdens de brand zelf, maar ook in de kritieke uren erna.

Normen die géén zekerheid bieden

Bepaalde normen zoals DIN 4102 en BS 476 hebben uitsluitend betrekking op de brandreactie van bouwmaterialen en zijn niet ontwikkeld voor kluizen of brandkasten. DIN 4102 betekent in essentie dat het gebruikte materiaal zelf niet of minder brandbaar is, maar dit zegt niets over de bescherming van de inhoud bij brand.

Aanduidingen zoals “volgens DIN 4102” mogen dan ook nooit worden verward met een volwaardige brandwerendheidstest: een dergelijke kast beschermt de inhoud niet tegen brand. Indien men u een brandwerende kast aanbiedt volgens DIN 4102, aarzel dan niet om een testrapport te vragen.

Voor een betrouwbare bescherming dient men uitsluitend te vertrouwen op kluizen en brandkasten die getest zijn volgens erkende brandnormen, zoals NT Fire 017, EN 15659, EN 1047-1 en UL 72.

Betrouwbaarheid van certificaten

Alleen kluizen die getest zijn door onafhankelijke, geaccrediteerde laboratoria en gecertificeerd door instanties zoals ECB·S of gelijkwaardige organisaties, bieden een garantie op de opgegeven brandwerendheid

Kom meer te weten over inbraakwerende klassen en testmethoden
< >